Sprookjeswereld
Ik droomde van een elfje,
zag haar vrolijk dansen, springen
en toen ik heel goed luisterde,
bleek ze zacht te zingen.
zag haar vrolijk dansen, springen
en toen ik heel goed luisterde,
bleek ze zacht te zingen.
En verderop zag ik een kabouter
op een paddenstoeltje wippen,
terwijl hij, van 't zonnetje genietend,
aan een cocktail zat te nippen.
op een paddenstoeltje wippen,
terwijl hij, van 't zonnetje genietend,
aan een cocktail zat te nippen.
Ik zag ook nog andere wezens,
zoals een héle enge trol,
die ijverig zat te breien
met hand gesponnen wol.
zoals een héle enge trol,
die ijverig zat te breien
met hand gesponnen wol.
En daar ginds in de verte
kwam een reuzenkind voorbij.
Ze was, zoals gezegd, ver weg
maar toch leek ze wel nabij.
kwam een reuzenkind voorbij.
Ze was, zoals gezegd, ver weg
maar toch leek ze wel nabij.
In deze sprookjeswereld
kwam ik, vol verwondering, tot rust,
totdat ik ’s morgens wakker werd
... door een prins gekust.
kwam ik, vol verwondering, tot rust,
totdat ik ’s morgens wakker werd
... door een prins gekust.
~ Maritha Roijakkers
Geen opmerkingen:
Een reactie posten